7 Paard Niveau 1 | Niveau 1 | N1.1
Niveau 1 proef 1
Marie Bejnarowicz
Spartacus
  C Diff
1 A-X
Tussen
X & G
Binnenkomen in arbeidsdraf
Halthouden en groeten, daarna voorwaarts in
arbeidsdraf
6
2 C Linkerhand 7
3 E-X-B Door een S van hand veranderen 6.5
4 A
D-H
Afwenden
Wijken voor het rechterbeen, daarna hoefslag
volgen
5.5
5 M-X-K

K
Diagonaal van hand veranderen in middendraf
(lichtrijden)
Arbeidsdraf (doorzitten)
6.5
6 A
D-M
Afwenden
Wijken voor het linkerbeen, daarna hoefslag
volgen
6.5
7 E
X
Afwenden
Halthouden, 3-5 passen achterwaarts en terug
halthouden. Daarna voorwaarts in arbeidsdraf
6
8 B Rechterhand 7
9 Tussen
A & K
K-B
Middenstap
Diagonaal van hand veranderen
6.5
10 Tussen
B & M
Arbeidsdraf 6
11 C Arbeidsgalop links aanspringen 7
12 C-X-C Cirkel (20m) en daarbij in de 2de helft van de
cirkel 2 3 passen over de manenkam strijken
(überstreichen)
6
13 H-E-K Enkele sprongen middengalop 5
14 A Arbeidsdraf (doorzitten) 6
15 A-C Slangenvolte met 4 gelijke bogen 6
16 C
C-X-C
C
Arbeidsgalop rechts aanspringen
Cirkel (20m)
Hoefslag volgen
5
17 B Arbeidsdraf (doorzitten) 4
18 A
X
Afwenden
Halthouden en groeten
6.5
In middenstap met lange teugel de rijbaan
verlaten
   
 
1 Houding en zit van de ruiter

(hoofd, schouders, bovenlichaam, heupen, rug, armen, handen, benen, voeten en hielen) Goede controle over het bovenlichaam, elastisch versus stijf, losjes versus onstabiele zit.
2 6.5
2 Effectiviteit van de hulpen

De mogelijkheid van de ruiter om het paard positief te benvloeden en het paard correct voor te stellen volgens het scala van de africhting. Focus hoofdzakelijk op de ontspanning, de aanleuning, rechtgerichtheid en evenwicht.
2 6
3 Precisie

De mate waarin de oefeningen worden voorbereid, de nauwkeurigheid van de uitvoering van de figuren, de uitvoering op de precieze plaats en het behoud van het correcte tempo.
2 6.5
4 Algemene indruk

Harmonie tussen ruiter en paard Correctheid van de gangen. Het gunstig presenteren van het paard
2 6
 
1ste fout
2de fout
Andere fouten
Andere fouten
Andere fouten